Ik merk eigenlijk altijd dat m'n hart een klein sprongetje maakt bij de eerste aanblik van Sri Lanka vanuit het vliegtuig. De stranden, de wuivende palmen... Yes ik mag weer denk ik dan! Mohan, chauffeur en tevens gids, begroet ons vol enthousiasme na aankomst op de luchthaven van Colombo. Heerlijk om opnieuw in dit prachtige land te mogen zijn!
Ik begin mijn studiereis dit keer in Kalpitya, ongeveer drie uur rijden vanaf de luchthaven. Al snel laten we de drukte achter ons en rijden we door het steeds meer uitgestrekte landschap. Kalpitiya is een nog authentiek stukje Sri Lanka gelegen tussen de Puttalam Lagoon en de Indische Oceaan. De bevolking leeft hier met name van de visvangst en zoutwinning uit een deel van de lagoon. De lagune is een geliefde plek bij kitesurfers, zowel beginnend als gevorderd. Beste tijd hiervoor is onze zomer, dan is er genoeg wind. Om te genieten van het strand kun je hier daarentegen het beste in onze winter zijn, dan is de zee kalm. In die tijd kun je er ook dolfijnen en walvissen spotten.
Vanaf Kalpitya kun je het Wilpattu National Park bezoeken. Vertrek wel vroeg in de ochtend, dan is de kans op wildlife het grootst. Van maart t/m oktober kun je met een bootje de Puttalam Lagoon over varen, je komt dan het park van de andere kant binnen. Dit is een aanrader, er komen namelijk nog maar weinig jeeps via deze ingang het park in. We reizen zelf niet in het goede seizoen hiervoor dus vertrekken vroeg in de ochtend voor de tocht over de weg en de entree via de hoofdingang. Het Wilpattu National Park is geliefd vanwege de aanwezigheid van lippeberen en luipaarden. Vrees dat deze dieren vooral ons hebben gespot dit keer… ;-) Wij zien ze in elk geval niet. Desalniettemin is het een mooi gebied om doorheen te rijden, we ontdekken vooral kleurrijke vogels, apen, herten maar ook een olifant.
Na de safari rijden we door naar Sigiriya, gelegen in de culturele driehoek. Hier beklimmen we Pidurangala Rock, ook het wel zusje van de bekende Lions Rock genoemd. Beiden zijn rotstempels. Toen de vroegere koning van laatstgenoemde zijn paleis wilde maken, zijn de monniken die er woonden verhuisd naar Pidurangala. Je vindt er geen watertuin en schilderingen zoals bij Lions Rock, maar wel een prachtige liggende Buddha en een uniek uitzicht! De beklimming is ook iets avontuurlijker, het begint met stenen treden, maar het laatste stuk is echt klimmen en klauteren over rotsblokken. Eenmaal boven is het echt genieten van zicht rondom!
Voor het eerst breng ik een bezoek aan het natuurgebied de Knuckles, volgens velen de mooiste plek in Sri Lanka wat natuur betreft. Het is er inderdaad schitterend. Waar je ook kijkt, je bevindt je midden in het groen. Vijf bergtoppen vormen samen de Knuckles Range, vernoemd naar de vijf knokkels van één hand. Het gebied is populair om lange wandelingen te maken, met een picknick bij één van de vele watervallen. We overnachten in Corbets Rest, eenvoudige huisjes op een mooie plek. Het is wel een uitdaging om er te komen, de weg is dusdanig slecht dat je 2,5 uur doet over 28 kilometer.
We blijven na de Knuckles nog even in de Hill Country en reizen naar de plaatsen Ella, Koslanda en Haputale. In Ella is een hoop veranderd in enkele jaren. Vroeger vond je er één resthouse om te overnachten, tegenwoordig is het een bruisende plek met talloze hotels, restaurants en bars. Zoek je juist de rust, verblijf dan in een van de vele locaties buiten het centrum, vaak op plekken met een uniek uitzicht. Of in Haputale of Koslanda, wat nog heel authentiek is. Verwacht hier geen winkels en restaurants, wel kleine dorpjes en vriendelijke lokale inwoners. Dat de Hill Country populair is vanwege de indrukwekkende natuur is een feit. Je kunt er prachtig wandelen. Kort of lang, alles kan naar wens worden ingedeeld. Wij lopen zelf naar Adam's Peak, een wandeling van ongeveer 1,5 uur (afhankelijk van het startpunt). Het is een makkelijke wandeling, op de top heb je een magnifiek zicht op de omgeving. En daarna uitrusten in een hotel met infinity pool….
Het is tijd om de bergen achter ons te laten en rijden in de richting van het Udawalawe National Park. Dit park is niet zo groot en de kans om er groepen olifanten te spotten is redelijk groot. Afgezien van het park kun je ook het Elephant Transit Home bezoeken, hier worden gewonde en jonge olifanten opgevangen die hun moeder zijn verloren door bijvoorbeeld een ongeluk of ziekte. De olifantjes blijven een jaar of vijf in het centrum. Als duidelijk is dat ze weer op eigen benen kunnen staan worden ze uitgezet in het wild. Met een tag, zodat ze gevolgd kunnen worden. Het is altijd even spannend of de kudde de eerder opgenomen olifant accepteert, daar ze vaak een menselijke geur bij zich dragen. Tot zover heeft het centrum 90 olifanten alweer uitgezet in het wild, en 30 daarvan hebben zich daarvan tot nu toe voortgeplant. Je kunt het centrum met de voedertijden (09:00 / 12:00 / 15:00 / 18:00) bezoeken. De olifanten komen op deze tijden zelf naar de plek, ze weten precies hoe laat ze er moeten zijn. Na het voeren kun je het kleine informatiecentrum bezoeken, met veel tips en weetjes. Je kunt een donatie doen voor melkpoeder of een olifant adopteren. De entreegelden komen ten goede aan de opvang.
Door naar de altijd mooie zuidkust van Sri Lanka. De ruige zee die aftekent tegen het groene landschap blijft voor mij indrukkend. Een plek waar ik graag kom! We verblijven in Mirissa, een levendige plek direct aan het strand, vooral ook in trek bij surfers. Net als in Kalpitiya zwemmen er in onze winter walvissen en dolfijnen voor de kust. We staan de volgende dag vroeg op om nog voor zeven uur met een boot de zee op te varen. En al snel spotten we na vertrek de eerste walvis, een Blue Whale. Het is een machtig gezicht! De tendens waarin hij zwemt en ademt… Verderop zien we ook een school dolfijnen. Na het zien van al dit moois genieten we van een ontbijtje op de boot en varen we langzaam terug naar de haven.
Ook naar Sri Lanka en de Malediven? Bekijk een voorbeeldreis.
Vanuit Colombo vliegen we die avond nog naar Malé, de hoofdstad van de tropische Malediven. Dat is nog eens een afsluiting van een studiereis! Vanuit Malé bezoeken we meerdere eilandjes, er is slechts een hotel per eiland. Je reist per speedboot of watervliegtuig naar je resort. Enkele resorts liggen zover van Malé vandaan dat je eerst een binnenlandse vlucht nodig hebt. Ik bezoek dit keer voornamelijk resorts in de buurt van Malé en reis dus steeds per speedboot. Hieronder een korte beschrijving van mijn ervaringen per eiland.
Fun Island Resort, de goedkoopste optie. De entree is sober en verouderd maar wàt een strand en blauwe zee! De Deluxe Bungalows zijn gerenoveerd en zien er heel netjes en fris uit. Er is een watersportcentrum en een uitgebreide spa. Niet onbelangrijk, het resort heeft één van de beste huisriffen op de Malediven en in onze winter heb je grote kans op het spotten van een mantarog. Een basic resort, maar dan wel op een hele mooie plek!
Paradise Island Resort, hier kun je basic overnachten in de Beach Bungalows of luxe in de nieuwe Watervilla's. Het is een groot resort en beschikt daardoor ook over veel faciliteiten. Zo kun je genieten van meerdere specialiteitenrestaurants, sportmogelijkheden en een zwembad. Elke avond is er live muziek. De Araamu Spa is één van de meest sfeervolle spa's die ik heb gezien. Wat mij betreft is dit resort een topper op het gebied van prijs/kwaliteit. Waar voor je geld!
Thulhagiri Island Resort, een klein eiland in de Noord-Malé Atoll. Met tien minuten lopen ben je het eiland om. Je verblijft in de losstaande Beach Bungalows gelegen tussen het groen of in een Waterbungalow. De maaltijden worden in het hoofdrestaurant geserveerd waar je met je voeten in het zand eet. En voor een massage kun je terecht in de Coconut Spa. Snorkelen kan vanaf het resort, er zijn touwen gespannen die je begeleiden om bij het rif te komen. Voor wie van wat kleinschaliger houdt en alles lekker op blote voeten wil doen!
Olhuveli Beach & Spa Resort, een luxe All Inclusive Resort met zo'n 250 kamers direct naast Fun Island. Dus eveneens op een toplocatie om te snorkelen en duiken. Een rif ligt direct voor de deur. Uiteraard ook weer een prachtig stand, fijne kamers, een uitgebreide spa en vele watersportmogelijkheden. Standaard inbegrepen in het All inclusive pakket is een korte head, neck & shoulder massage en 15 minuten gebruik van een jet-ski. Er zijn meerdere specialiteitenrestaurants, vooral The Four Spices (Thais) vinden wij een aanrader. Een fijne luxe plek waar je al snel tijd te kort komt!
Malahini Kuda Bandos, een vrij nieuw resort op slechts tien minuten varen van Malé. Het is klein, hier zijn we zelfs in vijf minuten al om. J Maar opnieuw mooie stranden, een heerlijk blauwe zee en een mooi rif direct voor de deur. De kamers zijn trendy en fris ingericht. Schattig is het trefwoord voor deze accommodatie wat mij betreft!
En dan zit het er echt weer op, we laten het paradijs achter ons en vliegen terug naar Nederland. Maar opnieuw boordevol bijzondere herinneringen… En met veel leuke nieuwe ideeën!
Benieuwd naar mijn favoriete logeeradressen? Lees het weblog over Sri Lanka hotels.
"Het is iedere keer weer een luxe om naar een bestemming in Azië af te mogen reizen. Om vervolgens op basis van deze ervaring een unieke reis voor één van onze reizigers te mogen organiseren maakt het natuurlijk helemaal af!"
